Herinneringen aan mijn Oranjeboomjaren
1936-1957
In de jaren voor WO-2 moesten wij na schooltijd wielen spaken voor
de huurkoopfietsen van vader (Vermeerstraat 9 was een z.g. gesloten rijwielhuis
met een werkplaats in de Vlaszak nr.?). De moeilijke
periode in de eerste oorlogsjaren. Uitstaande huurfietsen waren plotseling
verdwenen, weg centjes. Ondertussen het volgen van onderwijs aan de Sint
Bernadette- en Lourdesschool, het jongenskoor, de verkennerij achter de
jongensschool, het onderhouden van schooltuintjes op woensdagmiddag etc. etc.
Vader heeft nog enige tijd bij de garage van de BBA gewerkt en moest daarna verplicht
voor ca. 1,5 jaar naar een garagebedrijf in Hagen in Duitsland. Een bekende
leerling uit onze schooltijd was o.a. Janus (Joaneke)
Nuiten, zoon van de eigenaar van de speeltuin aan het
eind van de Oranjeboomstraat (hij heeft recentelijk nog geëxposeerd in het
Breda’s Museum met zijn schilderskunst).
Het betrekken van het pand Pieter Brueghelstraat 15
in 1947. Verhuizen ging te voet tussen beide panden. Vlak na de oorlog is de
Bernhardbrug de lucht in gegaan en kon men via een smalle ijzeren balk de overkant
bereiken waar voor het NAC-terrein de militaire wagens stonden, waar men
chocola en sigaretten kon ruilen of krijgen. Onze tante was lange tijd als
onderwijzeres op de St. Anna meisjesschool werkzaam en woonde op de Julianalaan
61. Ik geef u deze korte caleidoscoop om iets te laten horen van onze jeugd.
Onze oma Radix heeft al die tijd (ca. 20 jaar na overlijden opa) bij ons
ingewoond.

Onze 1e woning in Oranjeboombuurt in de Vermeerstraat 9. In de
voortuin de kinderen Henny en Wim Sips naast elkaar in 1937. In de woning links
(nr.7) woonde de fam. Luijsterburg en op nr. 5 de fam. de Ruijter, later fam.
Visser. De bovenwoning had drie slaapkamers. Op de slaapkamer voor sliepen de
drie kinderen in aparte bedden en de kleinere kamer was van oma Brocatus-Radix. We hadden een bed met 4 afschroefbare
knoppen. Met een sprei daarover kon je een leuke tent maken. Als we straf
hadden kon oma de kinderen vanuit haar raam de kinderen foerageren m.b.v. een
lange stok. Op de achterkamer sliepen de ouders en kon je via een deur de vaste
trap naar de zolder bereiken. Ik weet nog dat daar een oude niet-spelende radio
stond met honinggraat-spoelen en een bijbehorend plaatstroom-apparaat voor de
voeding.

Wim als communiekant in de achtertuin Vermeerstraat 9 op 6-jarige
leeftijd. Ondanks het begin van de oorlog was hij toch modieus gekleed dank
zij…? Wim is later dan ook in de modebranch
terechtgekomen.
Het zou me niet verwonderen dat dit mijn latere toekomst bepaald
heeft. Ook voor wekkers had ik de nodige interesse. In ieder geval het uit
elkaar halen. Ik herinner me dat ik bij familie van oma Radix dit eens als
vierjarige voor elkaar gekregen had. Het waren nieuwe woningen gebouwd in
1935/1936 en kostte toentertijd ca. zes gulden huur per week. Wij waren de
eerste bewoners van nr. 9. Later werd dit het gesloten rijwielhuis met een
reparatie werkplaats in de Vlaszak nr.? in Breda. Dit
laatste was een nogal krakkemikkig huisje in het midden van de toenmalige
straat met een ladder opgang naar de bovenwoning. Na schooltijd hielpen de
kinderen vaak mee met wielen spaken (alleen inrijgen) voor nieuwe fietsen en in
de oorlogstijd hielpen we mee met het leggen van volle banden gemaakt van
rubberrepen uit autobanden gesneden. In de achtertuin hielden we aanvankelijk
kippen in een ren. Dit was een welkome aanvulling voor voedsel in de
oorlogsjaren.

Moeder Annie Brocatus met haar kroost
tijdens 1e communie van Wim. Zus Henny was als bruidje hierbij betrokken.
Moeder Annie (39 jaar) kijkt bezorgd met het oog op toekomstige ontwikkelingen.
Op 1e Pinksterdag 1940 moest iedereen vluchten voor de Duitsers, omdat de
Franse soldaten Breda zouden verdedigen. Wij zijn toen in één
grote colonne lopend via Ginneken naar Hoogstraten gevlucht waar we in de
plaatselijke school onderdak vonden. Wij zijn daar 3 dagen gebleven en zijn
toen in vrachtauto’s terug naar Breda vervoerd. Breda dat door de fransen
militairen verdedigd zou worden had echter niets geleden. Sommige mensen
beweerden dat zij de grote toren van Breda al om hadden zien vallen! Voordat we
vertrokken had de kruidenier Willemsen? op hoek Pieter Brueghelstraat
15 (onze latere woning) nog al zijn aanwezig snoepgoed uitgedeeld. Tijdens de
bevrijding in 1944 werd er dekking gezocht onder de keldertrap. Veel ruiten sneuvelden
toen de bruggen over de Weerrijs opgeblazen werden door de Duitse militairen,
vooral de Bernhardbrug richtte nogal wat schade aan. De jeugd in die tijd
organiseerde veel o.a. een singelloop via Weerijs- en
Bernhardsingel. De Verlaatbrug (met in die omgeving vele draaikolken) en
Bernhardbrug maakte het rondje compleet. Ik zag laatst nog een foto uit 1937 op
jullie site van de Jacob Catssingel met een
opgespoten stuk grond waarop wij wel eens voetbalden. Ben toen met dikke
winterjas aan langzaam naar beneden in de modder gezogen. Omstanders moesten me
met een ladder er weer uittrekken. Omdat de opgespoten grond drek uit de
singels bevatte kun je begrijpen dat deze jas bij het vuilnis terecht kwam.

Deze schoolfoto is gemaakt op de Lourdesschool toen beide broers
op dezelfde school zaten. Deze foto is uit ca.1942 toen de oorlog pas
uitgebroken was. De ernstig kijkende Jan (6e klasser,
12 jaar) samen met de vrolijk ogende broer Wim toen deze in de 1e klas zat en 6
jaar was. Ook mochten we een tijdje niet naar school omdat onze zus difterie
kreeg en het hele huis ontsmet moest worden met lisol.
Ik geloof dat dit wel een maand geduurd heeft tot ongenoegen van de andere schoolgangers. Schoolvrienden uit die tijd: Rinie van
Engelen, Mart Frishert, Henk Jobse, Freddie Leeman en Hans? van Grondelle. Bij
de verkennerij was ik patrouilleleider (PL) van ’n groepje van ca. 8 man.
Om insignes (lintjes op de bovenkant rechter mouw) te halen kon je diverse gebieden
uitzoeken b.v. misdienaar, spoorzoeken, knopen leggen etc.etc.
Onze hopman was ene Hagenaars van het Oranjeboomplein die in
Rijsbergen werkte. Oubaas Somme kwam uit de Oosterstraat terwijl oubaas Rehm uit de Vondelstraat hem later opvolgde. De verkennerij
was een katholieke tegenhanger van de padvinders alleen overgoten met een rooms
sausje. De organisatie was een beetje op militaire leest geschoeid, maar je
leerde er wel discipline. Broer Wim is nog welp geweest bij de St.
Hieronymusgroep terwijl Henny handbal speelde bij EBHV.
Op het zangkoor in de kerk was ik alt. Oefenen in het zaaltje
achter de kerk. Dit was wel leuk omdat er soms ook koorwedstrijden gehouden
werden tussen de koren van de diverse parochies van Breda. Ik herinner me nog
een zangconcours in de Sacramentskerk.
Ook voetballen werd veel gedaan o.a. bij Groen-wit in de
Heuvelstraat vlak achter het huis van klasgenoot Sneijdenberg.
Later bij Boeimeer terecht gekomen via de vrienden op Boeimeer: Bart Damen, Leo
Créton, Tim Stoop, Jan Bacx,
Robert Vandenberghe en Cees van Pruissen, die ook nog
bij de Biemeeuwissen en het Bredase carnaval
betrokken was. Op het hoekske bij familie Créton
(hoek Balfortstraat-Vredenburgsingel) werden actuele onderwerpen besproken als Verios (eigen opgerichte voetbalclub) en Boeimeer. Dit was
in die tijd onze z.g. hangplek. Later, na de periode van het fameuze Boeimeer
3, heb ik nog in het eerste elftal van Boeimeer gespeeld samen met o.a. Jantje
Luijten, Jan Gelens, Frans Goedhart, de gebroeders Kools, Manus Lens, Bertus Schrantéé,
Harrie Laurijssen en vele anderen. Secretaris Piet Iken van de Oude Vest was toen tevens elftalleider. Befaamd
was het Boeimeer-nederlaag-toernooi waarbij grote clubs onze tegenstanders
waren. Onze trainer (ene zekere Zielstra) deed voor
de wedstrijd aan handoplegging. Of dit voor een toen derde klasse club veel
hielp betwijfel ik overigens. Alhoewel je tegenwoordig niets anders ziet!

De eerste jaren op ons nieuwe adres Pieter Brueghelstraat
15, winkel annex reparatie werkplaats.

Perceel Pieter Brueghelstraat 15 ten
voeten uit. We hebben hier ca. 10 jaar gewoond met vele ups en downs. Jan heeft
nog enkele jaren thuis in de werkplaats meegeholpen en zich verder in de
elektronica ontwikkeld. Wim kwam via zaken als Raming en Schellekens,
waar hij de etalages verzorgde, op de kunstacademie terecht terwijl Henny het
vak ‘ladders ophalen’ bij Quadvlieg leerde en later voor zichzelf
begon. Zus Henny is van hieruit getrouwd met Henk en naar Fontainebleau
vertrokken.

De bewoners in 1951 samen in de zijtuin.
Jan is kennelijk sinds enkele maanden in militaire dienst in Bergen op Zoom en
is toen tevens gestart met zijn zelfstudie elektronica bij PBNA welke hem later
zeer goed van pas kwam bij zijn werk bij Philips in Eindhoven en Nijmegen.
Omdat je in dienst toch tijd genoeg had, heb ik de studie voor het
middenstandsdiploma er nog maar even bijgedaan. Dit volgde ik bij de jonge heer
van Poorten (hoek Weerijssingel-Vermeerstraat). Wim
zit met de hockeystick van het Push vriendinnetje Bep van Jan, in sportieve
rusthouding.
Jan Sips.
Malden, 30-03-2008
![]()